Een beoordeling van maar liefst 4 sterren.
O.a. te lezen in deze recensie:
"Alleen al de kennismaking met dit schitterende instrument maakt de aanschaf van deze box de moeite waard.Bovenal is dat echter Van der Steens bevlogen spel, technisch gaaf en met alle begrip van de Frans-romantische orgelstijl."
" Ook de lyriek werkt hij fraai uit, ademend, echter zonder de basispuls los te laten. In prachtige registraties laat hij de orgel van Épernay zingen, bulderen en fluisteren."
Recensie lezen?
'Samenklank', het blad van de Oud-Katholieke Organistenvereniging (door dr. Bart van Buitenen)
Recensie in de Samenklank lezen?
Dagblad De Gelderlander:
Dit is een uitgave van de Stichting Orgelprojecten Nederland. Echt iets voor fijnproevers en hopelijk is die schare groot. De in het Gelderse Tricht wonende musicus Piet van der Steen (1943) schotelt de luisteraar op drie cd’s van het label Excellent Recordings niet alleen een uitgekiend beeld van het orgel- en harmoniumrepertoire van César Franck (1822-1890) voor, maar hij trakteert de liefhebbers ook op flink wat achtergrondinformatie.
Maarten-Jan Dongelmans 11-12-19, 11:53
Dat betekent, onder meer, dat de persoon en de stijl van deze Nederlandse Parijzenaar al tot leven zijn gekomen voordat je ook nog maar één noot hebt gehoord. Object 1
Vingerzettingen
Van der Steen is super accuraat in zijn uitleg. Over het door hem bespeelde instrument van uit Épernay, over de uiteenlopende opvattingen over Francks tempi, over de
vingerzettingen en ga zo maar door. Fotomateriaal ondersteunt zijn betoog. Maar het belangrijkst blijven natuurlijk de vertolkingen. Piet van der Steen is een fijnzinnig
organist die inmiddels al meer dan een halve eeuw de titulaire is van de Oud-Katholieke St. Gertrudiskathedraal in Utrecht. Hij heeft een grote affiniteit met en kennis van de Franse romantiek.
Dwingend
Dat hoor je ogenblikkelijk wanneer je zijn lezing van het Choral I beluistert. Hier is iemand aan het woord die weet hoe hij ruim een kwartier spanning moet opbouwen. Zelden heb ik zo’n relaxte en toch dwingende interpretatie gehoord. De registratie komt stijlbewust en vooral heel authentiek over. Pluspunt: het uit 1869
stammende Cavaillé-Coll-orgel van de Notre Dame in Épernay benadert in vrijwel alles heel dicht Francks eigen instrument in de Parijse basiliek van Sainte-Clotilde. Het klinkt
net zo helder en sonoor. Althans, dat lezen we in het begeleidende boekje.
Parels
Contrasten zijn bij Van der Steen niet minder in uitstekende handen. Dat hoor je onder meer in de toccata-achtige opening van Choral III met zijn symfonische uitstraling en de
aanpak van de organist van de aansluitende meditatieve liedachtige passage. Van der Steen is thuis, zowel in groots aangelegde structuren (zoals Grande pièce
symphonique opus 17) als in parels van miniaturen (bijvoorbeeld de Suite IV uit l’Organiste).
Verfrissend
Laatstgenoemd werk wordt op een Debain-harmonium (1859) uit Naarden vertolkt. Dat klinkt verfrissend, huiselijk knus en net zo intrigerend als de betoverende mix van die
‘psalmenpomp’ en vleugel in Prélude, fugue, variation uit 1884, waarmee dit album afsluit. Hier speelt Piet van der Steen eendrachtig samen met pianist Niek de Vente.
Mij restte slechts één vraag: wie zingt die Magnificatverzen eigenlijk voor? De organist zelf dus.